Op bijgaande foto is duidelijk te zien wat er gebeurt als er niets wordt geregeld in de openbare ruimte. Hoe kun je dit probleem nu oplossen? De eenvoudigste manier is om een paar lijnen op de straat te tekenen met een pictogram erin van een fiets. Dan zien we al heel snel gebeuren dat mensen hun fietsen binnen deze afbakening plaatsen. Maar is dit voldoende?
Een andere reden voor een fietsparkeersysteem is dat fietsen wel wat stabiliteit kunnen gebruiken. Een fietsnietje kan dan een goede oplossing zijn, mits er voldoende van zijn op een locatie. Voordat je het weet, worden alle fietsen tegen elkaar aangezet.
Een fietsparkeersysteem geeft iedere fiets een eigen plek, waardoor het erg gebruiksvriendelijk is. Het geeft ook een lagere kans op beschadiging, omdat iedere fiets op zichzelf overeind gehouden wordt. Daarnaast is het heel ruimte-efficiënt. Je houdt dus ruimte over voor andere zaken in de openbare ruimte.
Als mensen iets kopen, maken ze vaak een weloverwogen beslissing en hebben ze de intentie om het zelf te gaan gebruiken. Maar in onze markt werkt het anders. Mensen kopen een product om in de buitenruimte te plaatsen met de intentie dat andere mensen het gaan gebruiken. Wij verwachten dit zelfs ook.
Maar hoe bereik je nu het gewenste parkeergedrag bij deze gebruiker? Om hier meer duidelijkheid in te krijgen, kijken we naar de gedragsketen. Eigenlijk doorloopt iedereen vier stappen in zijn hoofd, voordat degene zijn fiets in het rek zet.
Ziet de gebruiker het product wel? Soms worden er fietsparkeersystemen ontwikkeld, waarbij niet direct duidelijk is dat het om een fietsenrek gaat, zoals de bank op afbeelding 1.
Bij afbeelding 2 neem je in eerste instantie niet direct waar dat het om een fietsenrek gaat. Als er eenmaal fietsen in geparkeerd staan, wordt de functie wel ineens helder
Begrijpt de gebruiker hoe het werkt? Op de foto is te zien dat mensen hebben geprobeerd hun fiets tegen het leunhekje te plaatsen, maar worden gehinderd door de verkeerspaal waardoor de fiets op de standaard is gezet. Echter is dit geen leunhekje. Het is de bedoeling dat je je wiel tussen de twee spijlen zet. Daarnaast is het een dubbelzijdig systeem; je kunt er van twee kanten een fiets inzetten. De gebruikers hebben dit duidelijk niet begrepen.
De gebruiker moet in staat zijn het fietsparkeersysteem te kunnen bedienen. Denk bijvoorbeeld aan een etagerek die je veelal in ondergrondse fietsstallingen ziet. Hoe goed deze systemen tegenwoordig ook zijn, voor sommige mensen is het te zwaar om eerst hun fiets in de goot te plaatsen. Terwijl vervolgens het omhoog en omlaag bewegen nog nauwelijks kracht vereist.
Wil de gebruiker het allemaal wel? Dit willen kunnen we verdelen in terecht niet willen en onterecht niet willen. Afbeelding 1 geeft duidelijk een voorbeeld weer van terecht niet willen. Hierin staat je fiets niet stabiel door de schuine sleuf. Daarnaast is de kans op beschadiging van je fiets groot door de stalen rand.
Afbeelding 2 laat het welbekende paperclip fietsenrek zien. “Dit rek geef ik eigenlijk de schuld dat heel veel mensen in Nederland een rekkenfobie hebben”, aldus Withagen. Veel mensen weigeren om hun fiets in dit rek te zetten, omdat ze bang zijn dat hun voorwiel beschadigt. Op de foto lijkt het alsof de fiets goed in het rek staat, maar als je goed kijkt, zie je dat de fiets eigenlijk gewoon op de standaard staat. Waarschijnlijk omdat dit rek niet de stabiliteit geeft die je wilt als gebruiker.
Naast terecht niet willen, zien we ook onterecht niet willen, als het gaat om fietsparkeren. Dit komt waarschijnlijk de ene keer door algemene angst voor fietsenrekken en in de andere gevallen door gemakzucht.
Elke locatie, situatie en de toename van het aantal fietstypes vragen om een weloverwogen keuze bij de aanschaf van een fietsparkeersysteem. Ga voor de beste en toekomstbestendige fietsenrekken op de markt!
Deze norm is voor het eerst gepubliceerd in 1998 en 13 jaar later, in 2011, is er een nieuwe norm bijgekomen voor de dubbellaags fietsenrekken. In 2021 zijn beide normen herzien tot één nieuwe norm, waarbij in de overgangsfase alle certificaten nog geldig waren. Vanaf 1 januari 2023 zijn alleen nog maar de nieuwe certificaten geldig.
Vertegenwoordigers van gebruikers, fabrikanten en aanbieders bundelen hun krachten in de Stichting FietsParKeur en zorgen samen voor normering, toetsing en stimulering. In het College van Deskundigen zitten onder meer de Fietsersbond, afnemers, adviesbureaus en fabrikanten, zo ook Feiko Withagen. Twee keer per jaar wordt er een testdag georganiseerd.
1. Fietsen worden steeds groter en zwaarder. Banden en frames worden steeds dikker, sturen worden hoger, waardoor de fietsen eigenlijk niet meer goed passen in de bestaande fietsenrekken.
2. De diversiteit aan fietsen en accessoires neemt sterk toe. Een goed voorbeeld daarvan is de kratfiets.
3. Er is groeiende behoefte vanuit de markt naar doelgroep specifieke richtlijnen. De oude norm was vooral gericht op volwassenen, zodat zij hun fiets konden parkeren. Maar bijvoorbeeld kinderen en ouderen vragen om andere eisen ten aanzien van fietsenrekken.
Het belangrijkste verschil is vooral de ruimte voor innovatie. In de oude norm werd bijvoorbeeld een minimaal hoog-laag verschil geëist, terwijl het er eigenlijk om gaat dat twee fietsen naast elkaar passen. Een creatief ontwerper kan een systeem bedenken zonder hoog-laag verschil waar fietsen wel inpassen. Bij de oude norm was certificering daardoor heel moeilijk. De nieuwe norm is meer geschreven vanuit de uiteindelijke gebruikssituatie.
De FietsParKeur norm is opgebouwd uit basiseisen en gedifferentieerde eisen. Onder de basiseisen vallen onder meer veiligheid voor de fiets en de gebruiker, bestendigheid tegen vandalisme en weersinvloeden en minimale hart-op-hart afstand. De gedifferentieerde eisen hebben vooral betrekking op de parkeerbaarheid van diverse fietstypen, mogelijkheid tot aanbinden, krachten van gebruiker en fietsaccessoires.
1. De eerste reden om de FietsParKeur norm toe te passen bij een uitvraag voor een fietsparkeersysteem is gemak. Fabrikanten hebben al nagedacht over waar een goed fietsenrek aan moet voldoen. Systemen staan dus al gecertificeerd voor je klaar.
2. FietsParKeur biedt zekerheid. Je krijgt gegarandeerd een goed systeem
3. Het vergelijken van fietsparkeersystemen die FietsParKeur gecertificeerd zijn, zorgt voor een eerlijke afweging. Je vergelijkt appels met appels.
Het advies van Withagen is om bij een uitvraag te differentiëren. Weet wie je doelgroepen zijn en vraag diverse deelcertificeringen aan. Accepteer ook dat er mogelijk verschillende systemen nodig zijn om iedereen te kunnen bedienen. Denk bijvoorbeeld aan een situatie waarbij een fietsenstalling voor 80% wordt ingericht met rekken voor standaard fietsen, waarbij je zo weinig mogelijk ruimte kwijt bent. De overige 20% richt je vervolgens in met buitenmodel fietsen, zoals fietsen met kinderzitjes en kratfietsen.